De differentiële diagnose van slikstoornissen is zeer uitgebreid en moet in samenwerking tussen neuroloog en KNO-arts worden uitgewerkt. Om tot een diagnose en een behandelbeleid te komen is het zinvol om vier slikfasen te onderscheiden: de voorbereidingsfase, de orale transportfase, de faryngeale fase en ten slotte de oesofageale fase. Voor de neuroloog zijn de mogelijkheden: myogeen, neuromusculaire overgangsstoornis, perifeer neurogeen en centrale sturingsstoornis. In dit artikel worden de fysiologie van het slikken, de centrale sturing, de oorzaken van stoornissen en de behandeling besproken. Enkele veelvoorkomende neurologische ziektebeelden worden uitgelicht. Het is van belang slikstoornissen, al worden ze niet door iedereen spontaan gemeld, vroegtijdig te onderkennen.
Auteurs | Kuks, J.B.M. |
---|---|
Thema | Nascholingsartikel |
Accreditatie | 1 accreditatiepunt |
Publicatie | 19 juni 2018 |
Editie | Verpleegkundig Specialist - Jaargang 13 - editie 2 - Editie 2 | 2018 |
Na het bestuderen van dit artikel: